Een twee-mansbedrijfje, waar betonnen kozijnen worden gemaakt
Wereldwijd beheert corona het dagelijks nieuws. Het leven in mijn desa gaat gewoon door, zij het op een lager pitje dan gewoonlijk. Corona leeft nu ook bij de desa-bewoners. Ik zal zo nu en dan weer een berichtje plaatsen over het leven in mijn desa, hoewel, zoals gezegd, het leven op een laag pitje door gaat. Het meeste nieuws in mijn desa heeft toch te maken met corona.
De meeste mannen in mijn desa zijn actief als boer in de vele sawa’s rond mijn desa. Er zijn echter ook mannen, die elders werken, zoals op Bali, Surabaya en zelfs Kalimantan.
Sommige mannen in mijn desa hebben een werkplaats aan huis; dit kan zijn een reparatie-bedrijf voor motoren of een las-bedrijf.
Veel huizen hebben een toko’tje aan huis; deze toko’s worden gerund door vrouwen.
Op 150 meter van mijn huis is een van de desa-bewoners een paar jaar geleden een bedrijfje begonnen, waar betonnen kozijnen voor ramen en deuren worden gemaakt. Daar is veel vraag naar, omdat houten kozijnen alleen maar duurzaam zijn, als het goed (en dus duur) hout is. Die betonnen kozijnen gaan heel lang mee, en zijn betaalbaar.
Bij dat bedrijfje werken gewoonlijk 2 man, soms drie man, meer niet. Men heeft de beschikking over een klein vrachtwagentje.
Op bestelling wordt zand en cement gebracht om een beton van te maken. Het beton wordt in een soort mal gegoten, en na 2 dagen drogen is het kozijn gereed. Aan de kozijnen worden scharnieren aangebracht om later ramen en deuren eraan te kunnen bevestigen. Met het vrachtwagentje worden de kozijnen naar de plaats van bestemming gebracht.