Een enorme geluidsinstallatie wordt opgezet voor het huwelijk van de zoon van mijn buurman.
Alleen op een stoel zitten op het terras voor het huis en genieten van de rust, is een onbekend verschijnsel in Indonesie.
Allereerst wil men niet alleen zijn; indonesiers zijn gemeenschapsmensen en zoeken elkaar altijd op, samen bij de buren, samen met vrienden in de warung of elders. Het samenzijn betekent niet, dat er veel gepraat wordt of gekletst, het is voldoende als men bij elkaar is en niet alleen. Iemand, die alleen is, is “kasian” (zielig). Als er gepraat wordt, is het “nongkrong”, praten over niets, geen meningen uitwisselen, geen discussies, alleen maar praten over niets en dat kan een hele tijd in beslag nemen. Het nongkrong is altijd vrolijk, er wordt veel gelachen; vaak ook wordt met een guitaar gespeeld en gezongen. Echter, de sociale media (met name Facebook) maken, dat een (groot) deel van de nongkrong-tijd wordt besteed aan het bezig zijn met mobieltjes. In warungen zie ik geregeld een aantal (vooral) jongeren in stilte bij elkaar zitten, druk bezig met het mobieltje.
Stilte en rust is een onbekend verschijnsel. In winkels, warungen, in de bus en vaak ook thuis is meestal muziek te horen met een volume, dat in nederland niet is toegestaan. Extreem lawaai is er onder meer bij huwelijken. Bij het huis, waar het huwelijk plaats vindt, wordt een enorme geluidsinstallatie geplaatst van soms wel 3 meter hoogte; even verderop staat een vrachtwagen met een enorme generator voor de stroom. 2 Dagen lang klinkt er keiharde muziek, alleen in de nacht voor een paar uur onderbroken, maar om 5 uur in de ochtend begint het weer. Ook bij allerlei openbare gelegenheden is er (zeer) harde muziek.
Als er in een buurtje van de desa een gebedsbijeenkomst wordt georganiseerd, wordt een tukang ingehuurd, die een geluidsinstallatie met een bakfiets komt brengen. Tempelceremonies op Bali verlopen ook bepaald niet in stilte.
De oproepen tot gebed vanuit de moskee worden gedaan met luidsprekers met een behoorlijk volume.
Niet alleen Indonesie is luidruchtig, in China, Vietnam en Thailand hetzelfde.
Ik ben er inmiddels aan gewend; het hoort nu eenmaal bij het dagelijks leven hier. Ik heb oordopjes voor de nacht, als er veel geluid is en kan dan redelijk slapen. Gelukkig vindt dit soort lawaaierige bijeenkomsten niet vaak plaats.
Privacy, rust en gemeenschapszin worden in de nederlandse en indonesische cultuur totaal verschillend gehanteerd. Het is bepaald niet makkelijk om hieraan te wennen; niet voor niets wonen bijna alle expats vooral op Bali in hun eigen woning, los van de plaatselijke gemeenschap. Ik ken op Bali slechts 1 nederlander, die, net zoals ik, woont temidden van de plaatselijke gemeenschap, en daar ook deel van uitmaakt. Het wonen temidden van de plaatselijke gemeenschap betekent ook alles accepteren, dus ook soms het vele lawaai.
Mijn district, Umbulsari, telt 150.000 inwoners, waarvan slechts 1 buitenlander, ik dus. Maar het wonen temidden van de javanen is uniek, omdat ik van nabij de lokale cultuur kan meemaken en eraan mee kan doen; een lokale cultuur, die niet “besmet” is door massa-toerisme en westerse standaards.
Nongkrong