Traditionele kookplaats
Veel mensen in de desa koken op een kookplaat met 1 of hooguit 2 pitten. De kookplaat gebruikt gas. Bijna iedereen die een fornuis heeft, heeft een gasfles van 5 kilo. Zo’n gasfles kost rp 17.000, ruim 1 euro en gaat ongeveer 2 weken mee, dan is hij leeg.
Een niet onaanzienlijk deel van de mensen kookt op houtsvuur. Hout is vrijwel overal bij elkaar te sprokkelen en kost dus niets.
Keukens, zoals in Nederland, zijn hier niet. Meestal is achter het huis een aanbouwtje van bamboe, waar gekookt wordt. Er staan daar 1 of 2 bamboetafels, waarop de pannen staan. Een rek voor de borden is er meestal wel.
Ikzelf heb een keuken, bijna in nederlandse stijl, laten maken indertijd. Ik heb een koelkast, maar er is geen warm stromend water. Het water komt uit de put achter mijn huis. Afwasmiddelen en schoonmaakmiddelen zjn gewoon te verkrijgen.