Zaterdag en zondag vindt het huwelijk plaats van mijn buurjongen Opung. Opung woont met zijn moeder en grootmoeder in het huis naast mijn huis.
Reden voor mij om even een paar dagen naar een hotel in Jember-stad te gaan. Waarom ? 2 Dagen en 2 nachten staat een enorme geluidsinstallatie op 4 meter van mijn slaapkamer, die oneindig veel decibellen produceert. Daarom ben ik er even niet.
Wel ga ik zondagmiddag mijn opwachting maken, maar keer dan ’s avonds weer terug naar Jember-stad.
Vanaf woensdag wordt er achter mijn huis gewerkt aan het eten, dat de gasten zaterdag en zondag krijgen. Een aantal vrouwen uit mijn buurt komt meehelpen.
Woensdag werd besteed aan het hakken, klein snijden, fijn stampen en meer van de groenten.
Donderdag wordt verder aan de groenten gewerkt en wordt de kroepoek gebakken.
Vrijdag zijn de vleesgerechten aan de beurt en het afmaken van de andere gerechten.
Ook moeten de “berkats” gemaakt worden; iedere gast gaat weer naar huis met een berkat, doorgaans een doos met eten en lekkernijen voor het thuisfront.
Biij een huwelijk wordt enorm uitgepakt. De omvang van de feestelijkheden wordt bepaald door de portemonnaie. Zij die geld hebben, laten het huwelijk plaats vinden in een (duur) hotel; de meesten echter doen het thuis met hulp van buren en familieleden.
Een huwelijk is hier een “life-event”; er worden gedurende de 2 dagen van het huwelijksfeest een paar honderd mensen verwacht. Verwacht wordt, dat elke gast een donatie in een enveloppe geeft.
