De familie kampeert op de gang van het ziekenhuis, een zeer gebruikelijk tafereel.
De moeder van mijn buurvrouw Karsi (die een toko aan huis heeft) is al geruime tijd ziek. Zij woonde alleen in een desa verderop. Dit zelfstandig wonen lukte niet meer door haar ziekte en daarom is zij ruim een week geleden bij haar dochter komen wonen, naast mijn huis dus. 3 Dagen geleden verslechterde haar toestand en is ze opgenomen in een ziekenhuis in de stad Jember. Ibu Karsi verblijft nu in het ziekenhuis om haar moeder te verzorgen.
De verzorging van de patient is een zaak voor de familie; het is alom gebruik, dat bij een ziekenhuisopname (een deel van de) familie naar het ziekenhuis “verhuist”; dit voor de verzorging van de patient (wassen, schone kleren, eten), dat niet een taak is van het verplegend personeel. Zelden zie je in een ziekenhuis een patient alleen liggen, vrijwel steeds is er iemand (of meerderen) bij. De familie, die mede in het ziekenhuis verblijft, neemt onder meer matrassen mee om te slapen gedurende de nacht.
De familie kampeert zogezegd in het ziekenhuis, vlakbij de kamer van de patient op de gang. Het kan op de gangen een drukte van belang zijn. Buiten het ziekenhuis zijn er altijd warungen en toko’s om van alles te kopen. De patienten krijgen eten van het ziekenhuis, maar dit is, naar ik uit eigen ervaring weet, vrij smakeloos; sambal wordt niet gegeven en kruiden zijn minimaal toegevoegd, het is dus wel gezond eten, maar met weinig smaak. De familie, die in het ziekenhuis logeert, koopt zelf eten bij de warung, dat gegeten wordt op hun logeerplek in het ziekenhuis; uiteraard wordt ook voor de patient eten gekocht.
Ondertussen zorgt de man van Ibu Karsi voor de toko naast het huis, die dus niet gesloten is. Hoe lang de moeder van Ibu Karsi in het ziekenhuis zal verblijven, is nog niet bekend.
Familie bij de patient
——————————–
Familieleden van patienten kamperen op de gang